zaterdag 19 december 2015

ANNA'S JAREN (113) - Het is geen man, het is geen vrouw

De Duitsers konden op weerstand gaan rekenen. Al vrijwel direct na de bezetting viel dat uit incidentele gebeurtenissen af te leiden. Enkele Rotterdammers, die actief hadden deelgenomen aan de unie, bleven contact met elkaar houden en werden steeds meer betrokken bij de illegaliteit. Jan Broeksz, omroeppionier en al meer dan tien jaar in dienst van de VARA, wenste niet mee te werken aan de plannen van Rost van Tonningen en verliet de VARA als voorzitter. Hij ging werken bij de PTT en in het verzet.
Jetty Pearl
(Foto: Wikipedia)

‘Radio Oranje’ zond tijdens de formele uitzendingen, die als openingstune hadden ‘In naam van Oranje doe open de poort’, ook codeberichten uit die bestemd waren voor het verzet. En burgers werden gewaarschuwd voor aanvallen van de Royal Air Force. Niet overbodig, want die maakte ook nog wel eens een missertje, ten koste van die burgers. Er was ook cabaret, ‘De Watergeus’, waaraan Jetty Paerl  meewerkte als ‘Jetje van Oranje’. Zij bracht teksten van haar vader Jo Paerl  zoals ‘Op de hoek van de straat staat een NSB’er’, dat overal in Nederland binnensmonds werd gezongen, het liefst als er zo een in de buurt was, ‘’t is geen man, ’t is geen vrouw, ’t is een farizeeër.’

Farizeeër, Jan zong het uit het raam hangend als de NSB’er, die achterin de straat woonde, zonder op of om te kijken met snelle pas voorbijliep. Dat gebeurde niet vaak, meestal kwam hij zo gauw mogelijk vanaf de achterkant, de trap van de Brede Hilledijk af. Omgelopen, zodat zo min mogelijk straatgenoten hem zagen. Alleengaand waren die jongens nu eenmaal niet zo heldhaftig. Stoerheid lukte beter in gezelschap van een aantal maatjes. Op zo’n zeldzaam moment dat hij wel langskwam, bleef Jan de man nakijken totdat hij zijn woning inging. Hij deed dat met een gezicht waarop ingehouden woede viel te bespeuren en vooral ook onbegrip. Nadat hij binnensmonds vloekend zijn hoofd weer de kamer had ingebracht, keek hij Rieka lang en indringend aan. De nonverbale communicatie van die twee op zulke momenten kon toen ik wat ouder was vaak diepe indruk op mij maken.
Achteraf valt te constateren dat Jan best wel eens naar ‘Radio Oranje’ moest luisteren, want hij maakte er steeds meer een gewoonte van elke niet te vertrouwen huichelaar farizeër te noemen of in die trant te bezingen. En in oorlogstijd kwamen er nogal wat in aanmerking voor die benaming. Je kon niet genoeg op je hoede zijn. Er werd van beide kanten veel vanuit de ooghoeken gekeken. Dat NSB-gezin in de straat werd door iedereen gemeden als de pest en dat zou na de oorlog nog lang niet over zijn. Logisch dat het ook het eerste gezin was dat de Steinwegstraat zou verlaten in die tijd. Het was geen klein gezin maar met hoevelen zij waren was mij niet duidelijk. Ik herinner mij die NSB-kinderen vooral als schichtige, schuwe wezens, die snel weg waren als anderen volop midden in de straat de spelletjes van die tijd speelden. ‘Diefie met verlos’. Zij hoefden het ook niet in hun hoofd te halen om te proberen mee te doen. Geen schijn van kans, ook na de oorlog niet. Dat je als kind niets kunt doen aan verkeerde keuzes van je ouders, daar werd niet of nauwelijks over nagedacht. Musserts club veroorzaakte daarbij niet alleen een scheuring in de samenleving maar ook binnen gezinnen. Het verhaal ging dat een Rotterdamse huisvader een krijtstreep had getrokken op de vloer van de huiskamer. Om zonen met tegenstrijdige opvattingen uit elkaar te houden. Maar voor de buitenwereld was het net iets te veel gevraagd om er rekening mee te houden dat er iemand uit zo’n gezin zuiver op de graat zou kunnen zijn. Was iemand die liet merken de opvattingen van zijn huisgenoten niet te delen wel te vertrouwen? Was het geen valstrik? Op je hoede blijven was het motto.

Kort nadat Radio Oranje iedere dag was begonnen uit te zenden verscheen het eerste nummer van ‘Vrij Nederland’ in Londen, en niet veel later daarna in Nederland. Het was verboden dat blad te lezen en het was verboden om naar ‘Londen’ te luisteren maar iedereen kende Jetty Paerl na verloop van tijd. Zij zou ook na de oorlog nog lang populair blijven in Nederland, als solozangeres en in het groepje ‘The Singing Nightingales’. Jetty Pearl zou na de oorlog het allereerste liedje van het allereerste Eurovisiesongfestival gaan zingen, ‘De vogels van Holland’, de tekst was van Annie M.G. Schmidt  en de muziek van Cor Lemaire. Dat was in 1956 en de tv was zwartwit.

Er werd toch ook nog een groot jazz-evenement gehouden, het ‘Achtste Jazzwereldfeest’. ‘Jazzwereld’ was een muziekblad dat na de Duitse inval was blijven verschijnen. Alle kaarten van de jazz-avond waren uitverkocht en het feest was een grandioos succes. Het vond plaats op de Scheveningse Pier, nadat er hard was gewerkt aan het oplossen van de verduisteringsproblemen. Onder leiding van Boy Edgar traden er ‘The Moochers’ op. De belangstelling was zo groot dat er ook nog een extra bal achteraf werd georganiseerd in het Kurhaus.
De Duitsers grepen niet in, zij hielden zich vooralsnog rustig. Het waren de NSB’ers die in de begintijd de grootste onrust veroorzaakten, vooral door vernielingen aan te richten. Met zoveel Duitsers om zich heen voelden zij zich steeds flinker. Maar de bezetters wilden toen nog in de eerste plaats de rust handhaven en de zwarthemden kregen meermaals de kous op de kop. De politie kreeg opdracht de orde te bewaren en de avondklok werd ingevoerd.
(wordt vervolgd)
nnn


Geen opmerkingen:

Een reactie posten