zondag 24 januari 2016

ANNA'S JAREN (120) - Engelse missers en Amerikaanse swing

Rudolf Hess
(foto Wikipedia)
Hess wilde contact leggen met de Hertog van Hamilton  in een poging om vrede tot stand te brengen en was in zijn eentje naar Schotland gevlogen. Daar zag een boer een parachutist uit een brandend vliegtuig neerdalen; hij begreep meteen dat het een Duitser was en rende erop af met een hooivork. De parachutist, Rudolf Hess, kon niet veel uitrichten want hij brak bij de landing een enkel. De boer bewaakte ‘der Stellvertreter’ tot militairen hem oppikten. De papieren in zijn bezit zouden volgens Hess vredesvoorstellen van Hitler inhouden. Hij werd niet geloofd, verdween in de Tower of London en de door Duitsers verboden Engelse zender ontzenuwde het eerder door Goebbels de wereld in geholpen bericht over Hess’ veronderstelde dood. Door het wegvallen van Hess schoof zijn secretaris, Martin Bormann, een plaatsje op in de richting van der Führer. Tijdens de Neurenberg processen zouden aanwijzingen worden gevonden dat Hess inderdaad ontoerekeningsvatbaar was. Hij zou levenslang krijgen, uit te zitten in de Berlijnse Spandaugevangenis, waar hij vanaf 1966 de enige gevangene zou zijn en in 1987 dood zou worden aangetroffen, hangend aan een electriciteitskabel.

Enkele maanden na Hess’ vlucht wierpen RAF toestellen nogmaals brisantbommen op Rotterdam. Er kwam dus inderdaad voorlopig geen einde aan, weer werden woonomgevingen getroffen, het Noorse kerkje raakte in brand, Boijmans werd beschadigd, twee binnenschepen waarin de chirurgische afdeling van het Coolsingelziekenhuis een voorlopig onderdak had gevonden, kregen de volle laag. Meer dan honderd doden. De Franciscusbrigade deed wat er gedaan kon worden.

In Nederland werden alle politieke partijen ontbonden en verboden, evenals studentenorganisaties, maar in Amerika ging het feest gewoon door. De grote sigarettenfabrikanten huurden big bands om voor de radiozenders te spelen. De platenindustrie floreerde beter dan ooit en er kwam een plaat uit waarvan een miljoen exemplaren werd verkocht, wereldberoemd zou het keurig gearrangeerde wijsje ‘Chattanooga Choo-Choo’ worden. En het orkest dat het nummer speelde zou later met nog meer nummers als ‘In The Mood’ en ‘Moonlight Serenade’ de wereld veroveren. Die band van Glenn Miller had niet dat ongeremde dat het publiek zo waardeerde bij Benny Goodman, er werd gespeeld met een discipline, die zelfs aan de kleding van de musici viel af te lezen.
Bij live optredens gingen de jongelui dan ook pas echt uit hun dak als de band speelde van de geweldige drummer Gene Krupa. Een serieuze, beheerste man die op het podium een showbeest werd, een jazzdrummer bij uitstek, door de wol geverfd bij bands als die van Red Nichols, Tommy Dorsey  en Benny Goodman. Hij was de man die bij het nummer van Goodmans band ‘Sing,Sing,Sing’ met zijn wervelende en roffelende, lange solo het publiek in de Carnegie Hall gek maakte en de band op de kaart zette. En dat is nog steeds duidelijk als je opnames ziet van die man aan het werk, passie en plezier stralen van hem af. Aan die eigen band wist hij grote namen te verbinden als die van Anita O’Day  en de briljante trompettist Roy Eldridge.
Toen Krupa met zijn band in Pennsylvania speelde, weigerde daar een restaurant de zwarte leden van zijn band te bedienen. Gene Krupa had een grote afkeer van discriminatie en onverdraagzaamheid en hij protesteerde dan ook op heftige wijze, wat hem een bekeuring opleverde door de erbij geroepen agent. Wegens ordeverstoring.
Ook Frank Sinatra was iemand die zich vaak openlijk uitliet tegen discriminatie en in interviews meermaals verkondigde niet te begrijpen waarom zwarte mensen ook minderwaardige mensen zouden zijn. Dat neemt niet weg dat het begin van Frank Sinatra’s carrière was omgeven met hardnekkige geruchten die hem voor altijd het image van een maffia-maatje zouden doen aankleven. Niet zo gek als je eerst een drummer waarmee je ruzie hebt door twee mannen in elkaar laat slaan, en later bandleider Tommy Dorsey onder dwang van duistere figuren je wederzijdse contract voortijdig laat beëindigen. Maar toen waren drummer Buddy Rich  en Sinatra al weer vrienden en werd Frank door Billboard uitgeroepen tot de beste mannelijke vocalist van 1941.

Even nog, maar in Amerika ging het feest dus gewoon door, terwijl in Nederland de Hot Jazz werd verboden evenals Joodse en Engelse muziek. Het ging nog verder toen het Joodse musici werd verboden in het openbaar op te treden. De Nederlandse orkesten werden ‘geariseerd’. Sem Nijveen  en Sal Doof  moesten de 'Ramblers' verlaten. Theo Uden Masman hielp hen om verder uit handen van de Duitsers te blijven maar dat mocht voor saxofonist Sal Doof niet baten. Hij werd verraden en zou het concentratiekamp niet overleven.
(wordt vervolgd)

nnn

Geen opmerkingen:

Een reactie posten