donderdag 9 juni 2016

ANNA'S JAREN (147) - Vergeten bombardement

Wederom vielen de bommen op Rotterdam. Nu geworpen door de geallieerden. Zij wilden strategische doelen treffen en maakten daarbij nogal eens flinke missers.
Op 31 maart 1943 kwamen de bommen al één minuut nadat de sirenes onrust hadden teweeggebracht en niemand maatregelen had kunnen nemen. In enkele minuten tijd veranderde ditmaal het westen van Rotterdam in een brandende hel, ook nu weer aangejaagd door een stormachtige wind. Meer dan honderd Amerikaanse bommenwerpers waren vanuit Engeland vertrokken, met aan boord een voor Rotterdam bestemde destructieve lading die drie maal zo groot was als die van de Duitsers in mei 1940.
Vier van de ruim honderd vliegtuigen waren onderweg verloren gegaan en 65 toestellen waren voortijdig omgekeerd omdat de weersomstandigheden ongunstig werden bevonden.  De bommen kwamen terecht op de linker Maasoever bij de Rotterdamse Droogdokmaatschappij. Even later kwam de tweede serie, bedoeld voor de werf van Wilton-Feijenoord in Schiedam, waar onder meer torpedolanceerbuizen voor Duitse onderzeeërs werden geproduceerd. Helaas, de aanvliegroute was verkeerd en door onvoorziene winden trof een groot deel van dat bombardement de dichtbevolkte wijk Bospolder-Tussendijken in Rotterdam-West. Meer dan vierhonderd mensen kwamen om, er vielen honderden zwaargewonden en nog eens meer dan 16 duizend mensen werden dakloos. Het resultaat nadat nog geen derde van de ingezette vliegtuigen zijn werk had kunnen doen.

Met het ‘vergeten bombardement’ benaderde het totaal door geallieerde bombardementen omgekomen mensen in Rotterdam dat van de Duitse oorlogshandelingen. De Duitsers maakten dan ook dankbaar gebruik van de situatie en stelden via hun propaganda alles in het werk om de stemming bij de bevolking in hun voordeel te keren: ‘van je vrienden moet je het hebben’. Zonder enig resultaat van betekenis. De Rotterdammers trapten er niet in. Zij refereerden in overlijdensadvertenties niet aan wat de Duitsers een misdadige opzet van de geallieerden noemden. In de meeste overlijdensadvertenties werd als doodsoorzaak een ‘noodlottig ongeval’ vermeld.
Burgemeester Müller kondigde een rouwperiode aan tot 8 april. In die korte periode was alle amusementsmuziek verboden.

Prompt daarna kwam er al weer variété in Arena en een optreden van het orkest Ernst van ’t Hoff  in Odeon. Dat orkest had na een Duitse opdracht nog in 1941 gespeeld in Berlijn, waar het nota bene Glenn Millers ‘In the Mood’ en ‘Pennsylvania 6-5000’ op de plaat zette. Het mooiste was nog dat de herkenningsmelodie van het orkest was gebaseerd op het pauze-signaal van de BBC-radio, dat verwees naar het morseteken ‘V’ van Victorie. De autoriteiten hadden weer even niet opgelet en het uitgaanspubliek had het prachtig gevonden, er woonden in Duitsland ook nog mensen.

Kanonnenfabricage bij Krupp
(Foto: Wikipedia)
Om te voorkomen dat er anti-Duitse activiteiten zouden worden ondernomen was als reden aangevoerd. In werkelijkheid was het de bedoeling om de voormalige Nederlandse soldaten weer op te roepen om in te passen als werkkrachten. Dat zou  de Duitsers 300 duizend arbeiders kunnen opleveren. De strijd aan het oostfront in Duitsland onttrok steeds meer mannen aan het arbeidsproces en zij zochten naar oplossingen om hun industrie draaiende te houden. Dat ging niet zomaar even. Beginnend bij een drukkerij in Hengelo en de machinefabriek Stork, braken spontaan overal stakingen uit omdat er werd gedacht dat hun mensen direct zouden worden afgevoerd naar Duitsland. De uitbreiding van de staking was te danken aan de telefoniste van Stork, zij vroeg elke relatie die zij aan de lijn kreeg mee te doen.
De Duitsers traden hard op en bijna honderd mensen werden op straat doodgeschoten. Rauter had het bevel gegeven met scherp te schieten op samenscholingen en liet standrechtelijk executeren, wat het totaal aan slachtoffers op meer dan 175 bracht. Evenwel konden de Duitsers hun poging om aan goedkope arbeiders te komen als mislukt beschouwen. Bovendien was de reactie dat het verzet zich uitbreidde. Rauter reageerde daarop weer met de ‘Aktion Silbertanne’. Op een lijst met Nederlandse prominenten werden sparretjes getekend achter de namen van de personen die na aanslagen op collaborateurs of NSB’ers mochten worden vermoord. Telkens drie niet nazigezinde prominenten voor elke door het verzet omgebrachte smeerlap. Onder leiding van Henk Feldmeijer speelden Nederlandse SS’ers een belangrijke rol bij de liquidaties. Zij brachten 45 burgers om het leven. Bij hun acties kwam het voor dat mensen, nadat er was aangebeld, in de deuropening van hun woning werden doodgeschoten. Het overkwam onder meer de schrijver A.M. de Jong.

De zomer van 1943 bracht voor Rotterdam-Zuid een nieuwe onderdrukkende maatregel. Het Stadion-Feyenoord mocht geen publiek meer toelaten. Gevoetbald werd er, op het oude terrein.
De geallieerden zagen hun macht in de lucht groeien, zij bombardeerden op Java Soerabaja, en in Europa Rome en het Ruhrgebied. En Hamburg, waar duizenden doden vielen, was de eerste stad die een ‘vuurstorm’ kreeg te verduren. Losse brandhaarden, die samen een gigantische vuurzee vormden. De stad werd met de grond gelijkgemaakt, 42 duizend burgers kwamen om.
De Amerikanen hadden inmiddels ook een aanval op de Fokkerfabriek in Nederland verricht. Dat betekende de zoveelste misworp, die een enorme verwoesting aanrichtte in Amsterdam-Noord. Er vielen 185 doden en 120 gewonden.
Maar er was ook een hit…
(wordt vervolgd)
nnn

Geen opmerkingen:

Een reactie posten