zondag 22 juni 2014

ANNA'S JAREN (5)

Anna’s ouders verlieten Crooswijk en Anna kwam met hen in het centrum te wonen om zelf uiteindelijk, omstreeks 1927 naar Katendrecht te verhuizen.
Net als Anna’s ouders vertrok een deel van Crooswijks oorspronkelijke bevolking naar andere delen van de stad en door die verspreiding van de Crooswijkers over de stad ontstond een mengeling met  dialectvormen uit andere wijken. Hierdoor wil tegenwoordig nogal eens discussie ontstaan waar dat echte Rotterdams nou precies vandaan komt.

Het Rotterdams nam in de loop der tijd een vorm aan, die het soms op een eigen taal doet lijken, met uitdrukkingen, die net als in elke levende taal komen en verdwijnen.
‘Ellenbogenvet’  voor ongetoomde werklust kun je geen dialect meer noemen, evenals ‘gers’  voor goed of leuk: ‘Wat een gers pijtje heb je an’ (wat een leuk pak heb je aan); ‘groos’  voor trots: daar ben ik groos op. ‘Die heb kuive’ : dat is een opschepper.
‘Niettan’  betekent dat is toch zo en ‘pleur’  is koffie, maar ‘pleuren’ is gooien of smijten: ‘Ovvie een emmer leegpleurt’: Of je een emmer leeggooit.
Met onzedonsies en trababbaltjes schijnt snoep te worden bedoeld maar of het echt  zo is, is de vraag, er werd nogal eens een onnozele loopjongen opgedragen die in te kopen, met grote pret als gevolg wanneer hij dan onverrichter zake terugkeerde.
De uitdrukking knijnen’  valt te deduceren. In de tijd dat het ongebruikelijk was dat man en vrouw ongetrouwd gingen samenwonen heette dat buitenechtelijke samenleving of - nog netter - concubinaat. In de volksmond heette dat ‘hokken’. Konijnen leefden ook in hokken vandaar: ‘Ze zitten te knijnen.’

Harry Belafonte maakte de traditionele worksong
'Day-O' in 1956 bekend over de gehele wereld.
Hierin komt de 'Tally Mon' naar voren,
inmiddels als 'tallyman' internationaal een belangrijke
functie in de havens.
Come, Mr. Tally Mon, tally me banana
        (Daylight come and he wan’go home)
Come, Mr. Tally Mon, tally me banana
        (Daylight come and he wan’go home)

Harry Belafonte maakte van ‘The Banana Boat Song’  in 1956 een grote hit. Het lied was van oorsprong een traditional, een worksong uit Jamaica. Worksongs ontstonden oorspronkelijk onder de slaven van Afrikaanse afkomst. Zij zongen eenvoudige liederen in een ritme dat het werktempo aangaf. De laders van bananenboten zongen ‘Day-O’ , oftewel de Banana Boat Song om de moed er in te houden tijdens een nacht van hard fysiek werken. De zware, manshoge trossen bananen werden op het hoofd naar het schip gedragen en in de ruimen geladen. Als de morgen kwam bepaalde een bananenteller, de ‘Tally Mon’, hoeveel per persoon werd uitbetaald. ‘Tally’ doet direct denken aan ons woord tellen maar dat is in het Engels to count  en ‘tally’  staat voor kerfstok, vroeger een afrekenmethode, ‘hij heeft heel wat op zijn kerfstok’. Het Engelse ‘tallyman’ betekent eigenaar of verkoper van een afbetalingsmagazijn en heeft dus in het havenjargon een afwijkende betekenis gekregen, internationaal want ook de Nederlandse haven kent nog steeds het begrip ‘tallyman’ en het woord heeft zelfs de Van Dale gehaald. 
(wordt vervolgd)

nnn

Geen opmerkingen:

Een reactie posten