Eindelijk. ‘Londen’ riep op tot staking bij de Nederlandse
Spoorwegen. Het NSF moest de
salarissen van dertigduizend stakers betalen. Een slag, die Wally van Hall
verantwoordelijk zou maken voor de omvangrijkste bankfraude die ooit in
Nederland heeft plaatsgevonden. ‘Tante Betje’, was de codenaam voor een
ongekend slimme en koelbloedige onderneming die 51 miljoen ging opleveren. Onder
de neus van de leider van De
Nederlandsche Bank, Rost van Tonningen.
De Nederlandsche Bank
had zogeheten schatkistpromessen in kluis, staatsschuldbewijzen die per stuk
honderdduizend gulden waard waren. Wally liet ze namaken. Geen eenvoudige klus
maar het lukte, en Gijs ging met de vervalsingen naar de Nederlandsche Bank. Kassier-generaal C.W. Ritter haalde originele
promessen uit de kluis en legde er vervalsingen voor in de plaats. Vijftien
keer werd de truc herhaald en werden de originele promessen bij andere banken
verzilverd.
Het NSF wist ruim
83 miljoen gulden te verdelen onder het verzet en slachtoffers van de Duitsers.
Anno 2016 hebben wij het dan over een kleine half miljard euro.
Nog drie maanden te gaan tot de
bevrijding. Als represaille voor een aanslag op een lid van de Feldgendarmerie werd Walraven van Hall voor
het vuurpeloton gesleept. Toen hij in de lopen van de geweren keek, was zijn medeoprichter
van het NSF, Van den Bosch, al drie
maanden dood, gefusilleerd in Westerbork.
Enkele weken na de dood van Wally werd Van Lom door
verzetsmensen gegrepen en verhoord. Zij veroordeelden hem tot het drinken van
een glas thee met cyanide. Dat ging mis en zijn leven werd beëindigd met een
nekschot.
Teus van Vliet verschijnt na de oorlog voor een ereraad van
het verzet. Van Vliet, op dat moment redacteur van een christelijk tijdschrift,
mag dan vijf jaar niets publiceren over de oorlog. Later wordt hij na
uitgebreid onderzoek echter geheel gerehabiliteerd.
Monument in Benschop (Foto: Dirk van Eijk) |
In de
plaats waar de in 1946 overleden schrijver Herman de Man opgroeide, het
langsdorp Benschop in de Lopikerwaard, was de saamhorigheid niets minder dan in
Katendrecht. Ook daar wisten zij van elkaar wie onderduikers in huis had.
Anders dan op het Rotterdamse schiereiland ervoer men daar hoe verschrikkelijk
zoiets mis kan gaan. De Duitsers wilden er verzetsstrijders oppakken, en
stuitten op flinke weerstand, wat drie Duitse soldaten het leven kostte.
Het was
nota bene een gedeserteerde Waffen-SS’er, Herman Struik die de plaatselijke
verzetsgroep was gaan leiden en de mannen had geleerd met wapens om te gaan.
Die wapens waren er, nadat er droppings hadden plaatsgevonden. Boerenjongens
waren het nog, die zich geroepen voelden die wapens op te nemen. Het dorp was
verzadigd van de onderduikers en na ‘dolle dinsdag’ waren zelfs alle
verzetsmensen en onderduikers samen op de foto gegaan. Overmoedig en
kortzichtig, want er woonde in het dorp, anders dan in Katendrecht, ook nog een
aantal mensen die goed fout waren. Boeren, die flink verdienden aan hongerende
voedselzoekers uit de steden en weigerden onderduikers te voeden. Onder leiding
van Struik werd er dan bij hen het nodige gestolen. De verzetslieden zagen
rover Struik als een soort Robin Hood en de bestolen boeren vonden de
verzetsmensen bandieten.
Nadat zij
van de aanwezigheid van verzetsmensen hadden vernomen, hadden de Duitsers de
uitvalswegen van het dorp afgesloten en waren zij op aanwijzingen van een
vermomde verrader boerderijen binnengestormd. De Duitsers arresteerden vijftig
man en schoten er zeven dood, als represaille voor de drie man die zij hadden
verloren. Passanten werden gedwongen naar de lijken te kijken.
Struik,
die als eerste schoot, was al direct omgekomen. Op het herdenkingsmonument in
Benschop ontbreekt zijn naam echter.
Een jaar later
arresteert de Politieke Opsporingsdienst
drie verraders.
Roosevelt,
Stalin en Churchill kwamen bijeen. In Jalta op de Krim, omdat Stalin weigerde
zijn grondgebied te verlaten. De gesprekken gingen niet meer over
strijdplannen. Er werden beslissingen genomen over het naoorlogse Europa. De
drie bereikten overeenstemming over de bezettingszones in Duitsland en
beloofden dat in alle landen vrije verkiezingen zouden worden gehouden.
‘Jalta’ ging
er voorts mee akkoord dat deserteurs uit geallieerde legers naar hun vaderland
werden teruggestuurd. Voor vele Russen een doodvonnis.
De al
ernstig zieke Roosevelt raakte verbitterd doordat Stalin achteraf snel
afspraken schond. Hij steunde meteen de communistische overname in Roemenië.
Er kwamen
zware bombardementen op Dresden. De stad was al eerder getroffen. Dat was nog
niets vergeleken bij wat het grote geallieerde bombardement nu aanrichtte. Van
het oude centrum bleef nagenoeg niets over. Een oude cultuur ging in vlammen
op. Mensen sprongen brandend in de Elbe, tienduizenden kwamen om.
Een week
na dat grote bombardement reed Nederlands meest gevreesde nazi in de richting
van Deventer. De schietgrage Henk Feldmeijer was op weg naar het front. De
SS’er, die zo’n belangrijke rol bij liquidaties speelde, had het bevel gekregen
over een bataljon van Landstorm Nederland. Een geallieerde vlieger beschoot een colonne Duitse vrachtwagens en raakte ook
Feldmeijers auto. Feldmeijer overleed en kreeg enkele dagen later een
staatsbegrafenis in Paleis Het Loo, geheel in de stijl van de nazi’s. De NSB-top, inclusief Rost van Tonningen, was
erbij.
(wordt
vervolgd)
nnn
Geen opmerkingen:
Een reactie posten