donderdag 29 juni 2017

ANNA'S JAREN (223) - Mooie dag

Er werd hard gewerkt aan de toepassing van een van de grootste uitvindingen van de twintigste eeuw. In Amerika was de werking van de halfgeleider ontdekt. Door de transistor ontstond er een nieuwe generatie computers, die een groei beleefde tot de jaren zestig. Waarna de ontwikkeling van de microchip de computer voor menigeen bereikbaar zou maken.

In het Jemenitische Aden kwam het geweld tot uitbarsting na de stemming in de Veiligheidsraad over de verdeling van het Britse mandaatgebied Palestina. Er waren nauwelijks Britse troepen in de toen nog Britse havenstad. Na een moord op twee meisjes werden bij rellen 82 Joden vermoord en raakten er 76 gewond. Er werden meer dan honderd Joodse winkels leeggeroofd, vier synagogen en 220 Joodse woningen gingen in vlammen op. Een in de stad aanwezige militaire eenheid, bestaande uit Arabische moslims, keek toe. Veel Joden vluchtten daarop het land uit.

Bij alle reuring in de wereld kopten Nederlandse kranten ook nog met nieuws van dichtbij. Er kwam een Parlementaire Enquête over het functioneren van de regering vlak voor en tijdens de Tweede Wereldoorlog. Het parlement was in 1940 immers buiten werking gesteld. Koningin Wilhelmina nam zelfstandig besluiten en ontsloeg ministers. Niet alles kwam naar voren, omdat de rol van de koningin niet ter discussie stond. Schoot lekker op. Wel werden er nieuwe getuigenissen opgetekend onder meer over financieel en economisch beleid, en over het herstel van de democratie. Er werden 850 mensen verhoord, tot aan 1956.
En Han moest voorkomen. Hij vond het wel een mooie dag, om de voorpret te verlengen ging hij lopend naar de rechtbank. Een cameraman filmde zijn wandeling, voor het bioscoopjournaal. Binnen vocht de internationale pers om een goed plekje, er mochten opnamen worden gemaakt. De rechtszaal had veel weg van een chic veilinghuis, acht schilderijen hingen er, goed in het zicht. Van Meegeren trad binnen, tot in de puntjes verzorgd in donkerblauw pak. Het cameraleger ratelde. Han leek magerder en ouder geworden. Hij liet zich uitgebreid fotograferen met en zonder zijn zwarte bril.
Van Meegeren gaf grif toe dat hij schuldig was en noemde de wetenschappelijke uitleg die de Belgische chemicus Coremans tijdens de zitting gaf buitengewoon pienter. ‘Bijna pienterder dan het schilderen van Emmaüs zelf.’ 
Het hof had ook nog even een vraagje aan Piller. Waarom deze Van Meegeren als privégevangene had vastgehouden en niet aan Justitie had uitgeleverd. Piller kaatste terug: het kostte teveel tijd om te achterhalen wie er bij Justitie niet fout waren geweest. Applaus. 

Van Meegeren tijdens de rechtszaak
(Foto: Wikipedia)
Er kwam een reeks van getuigenverklaringen die voor hilariteit zorgden. De rechter moest regelmatig de hamer hanteren. Hannema, Van Beuningen en Van der Vorm werden kort ondervraagd. Gejoel. De makelaar die na Boon voor Van Meegeren bemiddelde verklaarde niets van kunst te weten. ‘Maak je geen zorgen,’ had Van Meegeren gezegd, ‘de mensen waarmee je te maken krijgt, weten er ook niets van.’ Gelach.
De aanklager somde in zijn slotpleidooi de reeks vervalsingen nog eens op, bij elk ‘kunstwerk’ applaus, gejoel, gelach en gefluit. De rechter kreeg bijkans hamerkramp en dreigde de rechtszaal te laten ontruimen.
Hans advocaat las voor uit het door het hof bevolen psychiatrisch rapport. De psychiaters vonden Van Meegeren een beminnelijk, goedhartig personage met buitengewone gevoeligheid voor kritiek en een abnormale behoefte zich op zijn vijanden te wreken.
De aanklager eiste twee jaar gevangenisstraf. De rechter maakte er een jaar van.
Van Meegeren zei later tegen de verslaggevers het als een goede verliezer te accepteren.
Vlak voor hij zijn straf moest ondergaan, werd hij in het ziekenhuis opgenomen. Een maand later kreeg hij een hartaanval. Op 30 december overleed Han van Meegeren.

De Afrikaanderwijk bood nog steeds nauwelijks mogelijkheid voor kinderspel. Het was er zelfs hier en daar gevaarlijk. Berucht was het ‘moordenaartje’, de stoomtram die vanuit de Rosestraat over de Putselaan reed. De gemeente had daar ter beveiliging op een enkele plaats langs het spoor een metalen afscheiding geplaatst. Een gebogen metalen buis, enigszins gelijkend op de tuimelrekken die je tegenwoordig ziet op kinderspeelplaatsen. En natuurlijk werd eraan getuimeld. Tot die keer dat hulpverleners de resten van een kind in kartonnen dozen verzamelden.
Ik zocht met buurjongetjes steeds meer het avontuur op. Wij bouwden vlotjes waarmee wij dobberden in de met hemelwater gevulde bomtrechters op de Wilhelminakade. Vlakbij het hoofdkantoor van de Holland-Amerika Lijn, het huidige Hotel New York. Later, toen wij konden zwemmen, deden wij dat in de rivier of de havens. In onderbroek, met de gulp aan de achterkant, en begrepen maar niet dat moeders dat zagen aan de onderbroek, die ons nog schoon leek. We hadden hem nog wel zo mooi laten drogen in de zon.

(wordt vervolgd)
nnn

Geen opmerkingen:

Een reactie posten